Persbericht
23 november 2021
ALL FOR ZERO : Ministers schakelen versnelling hoger voor verkeersveiligheid : “Hokjesdenken heeft nog geen enkele verkeersdode vermeden”
BRUSSEL 23/11/2021 - Tijdens de Staten-Generaal voor Verkeersveiligheid stelden Federaal Minister Georges Gilkinet, Vlaams minister Lydia Peeters, Waals minister Valérie De Bue en Brussels minister Elke Van den Brandt het eerste Interfederaal Plan voor Verkeersveiligheid voor. Samen hebben ze een ambitieus doel: All For Zero. Ze zetten daarvoor in op meer kennisdeling, een aangepaste regelgeving, de aanpak van onveilig rijgedrag en effectievere controles en straffen.
Georges Gilkinet, federaal Minister van Mobiliteit: "Hokjesdenken heeft nog geen enkele verkeersdode kunnen vermijden. Daarom willen we nu nog beter samenwerken zodat het beleid op de verschillende niveaus op elkaar is afgestemd en we de burgers nog beter beschermen. Mobiliteit is een vrijheid en daar kunnen we alleen maar van genieten als we ons veilig voelen in het verkeer."
In het precoronajaar 2019 waren er 644 verkeersdoden in ons land en dat cijfer willen de mobiliteitsministers naar nul brengen in 2050. Elk bestuursniveau had al een eigen verkeersveiligheidsplan, maar nu slaan de ministers dus de handen in elkaar met een gemeenschappelijk plan. De veiligheid van actieve en kwetsbare weggebruikers staat daarin voorop, want dat is een noodzakelijke voorwaarde voor meer duurzame mobiliteit.
Aanpak van onveilig rijgedrag door sensibilisering of technologie: samen tegen dodehoekongelukken
Onveilig rijgedrag is een van de belangrijkste oorzaak van verkeersongelukken: overdreven snelheid, rijden onder invloed van alcohol, drugs of medicatie of rijden zonder gordel, maar ook oververmoeidheid of onvoldoende goed zicht (dode hoek). Dat willen de ministers aanpakken door sensibilisering of door technologie.
Zo streven de mobiliteitsministers bijvoorbeeld naar nul dodehoekongelukken met vrachtwagens. De federale overheid kan "anti-dodehoeksystemen" en 360°-camera's opleggen in bepaalde types vrachtwagens en de verschillende technologische systemen homologeren of een verkeersbord ontwerpen voor zones waar vrachtwagens niet kunnen rijden zonder dergelijke uitrusting. Daarna kunnen de regio's de zones bepalen, veiligere fietspaden en kruispunten inrichten en extra sensibiliseren. Door betere afstemming willen de ministers de dodehoekproblematiek aanpakken.
Elke Van den Brandt, Brussels minister van Mobiliteit: "In Brussel kiezen we resoluut voor nul verkeersdoden tegen 2030. De algemene zone 30 en het versneld wegwerken van de zwarte kruispunten zijn onze speerpunten. Verkeersveiligheid is een absolute prioriteit in het mobiliteitsbeleid, en daarbij hanteren we de kindnorm: elk kind van 12 moet zich veilig kunnen bewegen in het verkeer."
Regelgeving afstemmen: e-steps reglementeren
Burgers ervaren de regelgeving rond verkeersveiligheid vaak als complex of onduidelijk. Bovendien zijn er nieuwe evoluties die een aanpassing van de regelgeving vragen, zoals voor de e-steps. Daar is de federale overheid bevoegd over de maximale snelheid, het al dan niet verplichten van de helm, de minimumleeftijd, of het ontwerpen van een verkeersbord voor drop-off zones. En de gewesten moeten op hun beurt dan een dergelijk verkeersbord plaatsen, sensibiliseren, richtlijnen opleggen aan de firma's die deelsteps uitbaten, … De mobiliteitsministers richtten een werkgroep op voor een eenduidig wettelijk kader over e-steps in het hele land.
Valérie De Bue, Waals minister voor Verkeersveiligheid: "De weg delen is cruciaal voor meer verkeersveiligheid en minder verkeersverkeersslachtoffers. In Wallonië is een van mijn tien prioritaire maatregelen ter verbetering van de verkeersveiligheid de versterking van de bewustmaking en opleiding van de weggebruikers, zeker voor nieuwe vormen van mobiliteit. Het is van essentieel belang dat het beleid dat op federaal en gewestniveau wordt gevoerd, goed wordt gecoördineerd. Ik ben dan ook verheugd dat dit interfederale plan bestaat. We zijn niet enkel voetganger of automobilist: de weg is van iedereen en het is belangrijk om rekening te houden met de risico's voor de andere weggebruikers."
Meten is weten: beter kennisdelen van ongevallendata van politie en ziekenhuizen
Door betere kennisdeling tussen de beleidsniveaus zal er een beter inzicht komen in de complexiteit van de ongevallenproblematiek. Ook zullen de datasets van de politie gekoppeld worden aan die van ziekenhuizen en verzekeringsinstellingen.
Effectiever controleren en sanctioneren in strijd tegen recidive
Effectievere controles en sancties moeten toelaten om strenger op te treden tegen de meest gevaarlijke chauffeurs en dan vooral recidivisten. 34,5% van de Belgische chauffeurs die tussen 2014 en 2019 bij een verkeersongeluk betrokken waren, zijn recidivist. Sancties moeten daarom gericht zijn op gedrags- en mentaliteitsverandering. De betrokken ministers zullen een gemeenschappelijk kader ontwikkelen voor doeltreffende alternatieve sancties, zoals doelgroepgerichte opleidingen.
De ministers zijn ervan overtuigd dat het "All For Zero"-doel een ambitieuze én haalbare doelstelling is, die een stapsgewijze aanpak vraagt. Daarom komen er elk jaar 10 lokale events, om de realiteit op het terrein op te volgen. Het plan zal ook jaarlijks geëvalueerd worden. En via de website www.all-for-zero.be kunnen de burgers alle nuttige info vinden.
Lydia Peeters, Vlaams minister van Mobiliteit: “Het is voor mij belangrijk dat ook de voornaamste aandachtspunten uit het Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen mee werden opgenomen in dit interfederaal plan. In Vlaanderen passen we eveneens de Safe System benadering toe én houden we rekening met de kindnorm zodat ook de meest kwetsbare doelgroepen zich veilig kunnen verplaatsen. Er is terecht heel veel aandacht voor de actieve weggebruiker. Mensen motiveren om gebruik te maken van actieve vervoersmodi moet hand in hand gaan met een maximaal en veilig verkeerssysteem. Het delen van kennis en inzichten moet leiden tot een betere monitoring. Er wordt aandacht besteed aan nieuwe vervoersontwikkelingen; waarover interfederaal overleg een absolute must is - ik denk hierbij niet alleen aan e-steps, maar ook aan de evoluties inzake voertuigtechnologieën die op korte termijn een invloed kunnen hebben op rijopleiding en -examinering. Ook op de gekende killers in het verkeer (afleiding, rijden onder invloed, snelheid) wordt gefocust en hier direct aan gekoppeld is handhaving wellicht de grootste uitdaging waarmee we via dit interfederaal plan voor een kordatere en efficiëntere aanpak kunnen zorgen.”